’s Morgen in alle vroegte de koele woestijnwind langs je blote lijf te voelen. En dan een frisse douche, om je op de wandeltocht voor te bereiden. Dat is fantastisch, nietwaar?
Misschien wel, maar er liggen toch wel wat obstakels in het zand. Allereerst: naaktheid. Wij mogen dan denken: wat maakt het me uit als een van de begeleiders mij bloot aantreft, maar voor hen ligt dat anders. Zij willen absoluut niet geconfronteerd worden met de naaktheid van een ander, of het nu om mannen of vrouwen gaat. Sommige bedoeïenen zien het naakte lichaam van hun partner nooit, laat staan dat van een vreemde.
Dan is er het water. Dorst hoeven we niet te lijden, en een litertje om je wat af te poedelen kan er heus wel af, maar een echte douche? Dat kunnen we je niet bieden en dat wordt wachten tot we weer in de bewoonde wereld zijn.
Want wij trekken met kamelen door de woestijn en kunnen dus maar beperkt bagage en water meenemen. Op een jeeptocht ligt dat alweer anders en zo kan het dat de heuse woestijndouche dan wel binnen bereik is.
Uit ervaring blijkt dat je aan 2 flessen van 1,5 liter genoeg hebt om je van top tot teen te kunnen wassen, inclusief je haren. En leg je die flessen een half uurtje in de zon, dan is het water lekker lauw.
En hoe pakken we de heuse woestijndouche aan?
Zoek een plekje waar niemand je kan zien. Vanuit jouw plek moet je geen hutjes, autosporen of andere tekenen van menselijke aanwezigheid zien
- Vertel je reisgenoten dat je gaat douchen en waar je van plan bent te gaan staan. Ook de bedoeïenen.
- Neem je flessen water, je zeep en wat je verder nodig hebt mee.
- Hang je kleren te kijk: hier sta ik.
- Ga als het kan op een stuk steen staan, dan krijg je geen natte zandvoeten.
- Kom volledig gekleed weer tevoorschijn en laat niets achter op je doucheplek.
Samen douchen, halfnaakt rondrennen, schaars gekleed en plein publique je haren en lijf drogen of je ondergoed (al dan niet gedragen) vertonen is niet de bedoeling. We zijn nu eenmaal in het Midden Oosten.
Marion Meulenbroek